Lagers
Montage van lagers
Een goed uitgevoerde montage is van groot belang voor het goed functioneren van de lagers. Er zijn drie montagemethoden te onderscheiden:
- Mechanische methode van montage
- Thermische methode van montage
- Hydraulische methode van montage
Bij de kleinere lagers, waaronder ook de miniatuurlagers, wordt de mechanische methode van montage toegepast omdat deze lagers met lichte perspassingen kunnen worden gemonteerd. Professioneel gereedschap zoals slagbussen of een mechanische pers kunnen hiervoor worden gebruikt.
Bij de thermische methode wordt een lager gemonteerd door de onderdelen te verwarmen. Het monteren van lagers met de thermische methode wordt vaak gebruikt voor grotere lagers en voor seriematige montage. Het is belangrijk om een goede controle te hebben over de temperatuur om te voorkomen dat conserveermiddelen en smeervetten niet worden verbrand. Het thermisch monteren van lagers kan uitgevoerd worden doormiddel van een oliebad, een kookplaat, een oven of met een inductieverwarmingsapparaat. Een inductieverwarmingsapparaat is de meest betrouwbare methode omdat hiermee doormiddel van een sensor de temperatuur kan worden geregeld.
Monteren met de hydraulische methode wordt voornamelijk gedaan bij grotere lagers met een boring vanaf 200mm. Bij deze manier van monteren wordt een hydraulische pers gebruikt.
Beschadigingen van lagers
Er zijn twee categorieën van beschadigingen die kunnen optreden bij lagers:
- Onvermijdbare beschadigingen door materiaalvermoeiing en oppervlakte uitputting
- Vermijdbare beschadigingen door productiefouten of invloeden van buitenaf
Ondanks zeer zorgvuldige en hoge kwaliteitsnormen waaraan lagerfabrikanten zich moeten houden, zijn productiefouten nooit geheel uit te sluiten. Mocht er sprake zijn van een productiefout, dan is deze te herkennen door bijvoorbeeld het ontbreken van een kogel of een rol in het lager, of door niet of onvoldoende bewerkt vlak in een lager.
Er zijn een aantal invloeden van buitenaf die ook beschadigingen kunnen veroorzaken aan het lager. Deze zijn te herkennen aan bijvoorbeeld:
- Het aanwezig zijn van loopsporen
- Het ontstaan van primaire beschadigingen door slijtage, indrukkingen, materiaalaansmering, oppervlakte uitputting, corrosie en doorgang van elektrische stroom
- Het optreden van secundaire beschadigingen door uitbrokkeling en breuk van of scheuren in lageronderdelen
Bij elk lager dat wordt gebruikt zijn na verloop van tijd, en afhankelijk van de mate waarin het wordt gebruikt, lichte of zwaardere sporen zichtbaar in de loopbanen of op de rollichamen. De aanwezigheid van deze loopsporen hoeft op zich niet verontrustend te zijn, want er zijn talloze lagers met duidelijke loopsporen die nog uitstekend functioneren. Loopsporen kunnen echter wel een goed beeld geven over onder andere de juistheid van de montage en de passing- en spelingkeuze van de lagerconstructie.